Sting: My Songs Tour

Oct
17
2022
Brussels, BE
Forest National
Share

Sting @ Vorst Nationaal: King Sting...


We hebben het nog al gezegd: Sting is een popgenie. Dat heeft zo zijn voordelen. Naar verluidt verdient hij elke dag nog tweeduizend dollar aan royalties voor “Every Breath You Take”, een nummer uit 1983. Hij heeft meer dan honderd miljoen albums verkocht, met zijn groepje The Police en solo samengeteld. En in februari van dit jaar heeft hij de rechten op al zijn muziek verkocht voor een frisse 350 miljoen dollar. Voor het geld hoeft Sting het dus niet meer te doen. Al lang niet meer.


Misschien daarom dat we ons van de laatste twee decennia niet echt een wereldhit herinneren. Sting maakt alleen nog muziek voor zichzelf: onder andere een album met muziek van John Dowland (1563–1626) (ja, dat heb je goed gelezen), een album dat past bij een musical over Stings jeugdherinneringen aan de scheepsbouwindustrie in Wallsend en een hele rits samenwerkingen (Mary J. Blige, Alison Krauss, the Black Eyed Peas…) passeerden de revue.


In 2019 doet Sting dan iets wat wij onbegrijpelijk vinden: hij neemt My Songs op, vijftien herwerkte versies van zijn meest bekende nummers. Waarom zou je, onder andere, een nummer herwerken dat zo goed is dat het je bijna veertig jaar later nog altijd tweeduizend dollar per dag opbrengt? Alsof Da Vinci zou zeggen: ‘Ik ga even een nieuwe versie van de Mona Lisa maken.’ In ieder geval, voor deze My Songs-tournee trokken we gisteren naar een net niet uitverkocht Vorst Nationaal. We droegen toevallig een Iron Maiden t-shirt, dus we hielden onze hoodie veilig gesloten om geen onrust te veroorzaken bij het publiek dat overwegend uit beschaafde veertigers, vijftigers en ouder bestond.


Samen met hen kregen we alvast twee Sumners voor de prijs van één, want Stings zoon Joe Sumner verzorgde het voorprogramma. Hij kwam vrolijk waaiend en helemaal alleen het podium op met een elektrisch-akoestische gitaar om de nek. Snel werd duidelijk dat hij niet het popgenie van zijn pa geërfd had (maar laat dat geen verwijt zijn): we kregen de indruk dat we vooral naar een straatzanger aan het kijken en luisteren waren. Een sympathieke straatzanger, maar toch. Het publiek slaagde erin om doorheen zijn hele set te blijven keuvelen en toch soms meer dan een beleefd applaus te geven. Beschaafde veertigers en vijftigers, zo zijn ze wel.


En toen was het tijd voor Sumner senior, de meest potente 71-jarige die we al in lange tijd gezien hadden. Hij opende met “Message in a Bottle”. Nu, als je met zo’n nummer kan openen, is je concert al voor de helft geslaagd. Ook al speelde hij het dan niet echt zoals The Police. En ook al bleek dat de man of vrouw van het geluid de les ‘Hoe mix ik een gitaar in een live omgeving?’ blijkbaar gemist had: de stem van Sting zat te veel vooraan, de gitaar van Dominic Miller te veel achteraan. Om niet te zeggen dat we ze niet hoorden. Toen “Englishman in New York” begon, gilde de zaal even opgewonden. Hier zat een publiek dat misschien wel meer voor het solowerk kwam dan voor het The Police-werk. We zeiden het al: beschaafde veertigers en vijftigers. Op het einde van “Every Little Thing She Does Is Magic” konden Sting en Miller dan toch even samen uitpakken met duidelijk hoorbare bas en gitaar. Een mooi momentje.


En meteen de afsluiter van een hoofdstuk tijdloze wereldhits. Hiermee stak Sting iedereen al meteen in zijn achterzak. Tijd dus voor nieuwer werk. Dat kwam uit z’n meest recente album The Bridge. Ook al pikte Sting er de songs uit die we zelf het meest konden pruimen, toch nam de publieksparticipatie een flinke duik. “If It’s Love” blijft een gefloten niemendalletje, “Rushing Water” had meer verdiend qua respons. Live komt het nog beter tot z’n recht, wat ons doet vermoeden dat we hier mogelijk te maken hebben met een klassieker in wording. Als Sting weliswaar de kans krijgt om het nog veel te spelen. Want ook in de muziek geldt: onbekend is onbemind.


Sumner senior trok de schuif met hits dan maar weer open. “Fields of Gold” zouden we bij deze willen herdopen tot “Bunker van Beton”. De hi-hat weerkaatste tegen de achterkant van de zaal, wat een storende galm opleverde. We waanden ons even in het Vorst van lang vervlogen tijden. “Spirits in the Material World” leed er ook onder en het was al te rechtdoor gespeeld. Jammer.


Hoe zat het eigenlijk met Stings begeleidingsband? Die speelde er ook niet naast. Harmonicaspeler Shane Sager zette zonder verpinken de intro van “Brand New Day” naar zijn hand en mond (oorspronkelijk van Stevie Wonder). Sting deed alsof hij verbaasd was dat zo’n jonge man als Sager, nu 28, zo goed harmonica kon spelen. Achtergrondzanger Gene Noble zorgde daarna misschien wel voor het hoogtepunt tot dan toe door het duet met Sting aan te gaan in “Shape of My Heart”. De man heeft een van honing druipende r&b-stem waarmee hij in principe zelf de nummer één hits aan elkaar zou moeten rijgen. Achtergrondzangeres Melissa Musique (we verzinnen dit niet) mag wat later hetzelfde trucje overdoen tijdens “Whenever I Say Your Name”, al krijgt ze er niet hetzelfde overdonderende applaus voor.


Terug wat tijdloze nummers dan. Alhoewel… “Walking on the Moon” kan je blijkbaar té reggae spelen. In “So Lonely” smokkelde de groep zelfs een stukje “No Woman, No Cry” van Bob Marley. Stevig vonden we “King of Pain”, dat dicht bij het origineel bleef en waarin zoon Joe plots op het podium sprong om het nummer nog wat meer peper in de poep te steken. “Every Breath You Take” klonk daarna vlak. De groep leek soms iets te hard door de set te razen, zonder veel interactie met het publiek tussendoor. Achttien nummers brengen is dan ook niet min. En dan moest de bisronde nog beginnen. Miller zette “Roxanne” strak in, met het been vooruit. Halverwege kreeg het nummer een draai en bevonden we ons plots in een jazzclub. Kijk, als je dan toch nummers anders brengt dan het origineel, doe het dan ineens goed anders. Hier waren we dus helemaal mee. Afsluiter “Fragile” droeg Sting op aan Oekraïne. Hij speelde de gitaarsolo zelf, wat we mooi vonden.


Sting kwam, zag en overwon. Al deed dat ondertussen fameuze beschaafde publiek weinig moeite om zich niet te laten inpakken. Meezingen, handjes klappen, heupwiegen, koning Sting moest maar een blik in de zaal werpen en iedereen reageerde gedwee. Alleen wij leken soms last te hebben van een bij momenten niet al te best geluid en van een soms andere muzikale aanpak. Maar goed, zo zijn wij dan ook.


(c) Dansende Beren by Bart Van Goethem

Comments
0

PHOTOS

img
img